Gewoon franjekelkje

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst

Gewoon franjekelkje (Lachnum virgineum)

Het Gewoon franjekelkje is komvormig, 0.5-1.5 mm groot, gesteeld en wit. De buitenzijde en de rand van de kom zijn, evenals het steeltje, behaard. De binnenzijde van de kom is wit tot crèmekleurig. Bij vochtig weer zijn de haartjes vaak bedekt met druppels.

De asci zijn 8-sporig, cilindrisch knotsvormig, bovenkant smal of afgerond, rond de opening amyloïd.
Sporen glad, hyalien, spoelvormig, eencellig, 7.5-11 x 1-2.5 mu, zonder oliedruppels.
Parafysen lancetvormig, 15-30 mu uitstekend boven asci, gesepteerd, 150-77.5(-100) x 3.5-6(-7.5) mu.
De randharen zijn cilindrisch, aan de top niet verbreed, dunwandig en gesepteerd, 70-110 mu, zijharen 90-135 mu lang.
Haren en parafysen kenmerkend geïncrusteerd.

Het Gewone franjekelkje is een zeer algemene verschijning.

Kenmerken van het geslacht Lachnum  (Lachnum) waartoe Gewoon franjekelkje behoort.

Belangrijk voor determinatie van Lachnum-soorten is het substraat - groeit het paddenstoeltje op hout of op bladeren of kruidachtige stengels?
Verder is het vooral werk voor de microscoop.
Let als eerste op de volgende 3 kenmerken:
- Zitten er kristallen rond de top van de haren?
- Zitten er kristallen rond de top van de parafysen?
- Zijn er croziers aan de voet van de asci?

Sleutel Lachnum (overgenomen van Key to European species of Lachnum )
Subkey 1
Haren met kristallen, parafysen zonder kristallen, met croziers + parafysen breed lancetvormig, ver uitstekend
Op bladeren en kruidachtige stengels
Lachnum rhytismatis, L. morthieri, L. nudipes

Subkey 2
Haren met kristallen, parafysen zonder kristallen, zonder croziers
Met 0-1 oliedruppels, haren 3-4-cellig
Op bladeren en kruidachtige stengels
L. trapeziforme, L. eburneum, L. subnudipes, L. clavigerum, L microsporum

Subkey 3
Haren zonder kristallen, parafysen met kristallen, met croziers
Op hout - L.papyreum, L. fasciculare, L. cf. crataegi
of op gras - L. carneolum, L. tenuipilosum, L. longipilosum, L. trichophoricola, L riffwili

Subkey 4
Haren zonder kristallen, parafysen zonder kristallen, zonder croziers
Sporen met oliedruppels
met 1 druppel
L.pudicellum, L.flayntinction, L.brevipilosum (op hout), L. caricis, L.controversum, L.winteri,
met 4-5 oliedruppels
L. apalum, L.albidoriseum, L. juncinum, L. subdiminutum, L. diminutum

Subkey 5
Haren zonder kristallen, parafysen zonder kristallen, met croziers
sporen binnen 6-13x1.2-3 mu
Sporen met oliedruppel L. salicaria
Sporen met 0-1 oliedruppel
L. aff. pygmaneum, L. pygmameum, L. impudicum, L. Schweigbrubl, L. salicis, L. virgineum, L. subvirgineum

Subkey 6
Haren zonder kristallen, parafysen zonder kristallen, zonder croziers
Sporen lang, met oliedruppels
L. imbecile, L. schoenoplecti, L. paraimbecille, L.reynoutriae,L. pudicellum , L. subpedicellum, L. tenue, L. sesleriae, L. subreinoutriae, L.elatior

SPECIFICATIES - gewoon_franjekelkje
familieLachnaceae (Lachnaceae)
info familieVruchtlichamen bolvormig, komvormig of schijfvormig, zittend of gesteeld op stengels, randen en zijkanten behaard. Buitenlaag bestaat uit veelhoekige of prismatische cellen.
Parafysen draadvormig, lancetvormig of soms cilindrisch.
Asci 8-sporig, cilindrisch-knotsvormig.
Sporen bolvormig tot ellipsvormig of draadvormig dan wel worstvormig, al dan niet met septa of oliedruppels.
naam gewoon_franjekelkje (Lachnum virgineum)
waar op dood hout en houtafval
sporeekleur wit
hoed Komvormig, later vlak, binnenzijde glad, wit tot cream, buitenkant behaard, wit, gesteeld, tot 2 mm groot
steel korte, behaarde steel
plaatjes Buitenzijde behaard, excipulum met hoekige cellen